Inloggen
Aardrijkskunde
Filters

Groep

Vak

Type

Online oefenen > Doorstroomtoets - Rekenen - Verhoudingen > Onderlinge relaties > Verhaalsommen
Rekenen met breuken en procenten [2]
Groep 8
Online oefenen > Doorstroomtoets - Rekenen - Verhoudingen > Onderlinge relaties > Verhaalsommen
Rekenen met breuken en procenten [1]
Groep 8
Werkbladen > Weetwoorden > Schrijf je s- of z-?
Kleur alle woorden in die met een s- of z- beginnen
Groep 4
Op dit werkblad ga je aan de slag met -s- en -z- woorden. Op het werkblad staan allerlei woorden door elkaar. Geef alle woorden met een -s- of -z- een kleur. Je hoort het verschil tussen de -s- en -z- soms niet goed, daarom is het handig om dit vaak te oefenen. Door dit te oefenen word je steeds beter in het schrijven van dit soort woorden.
Werkbladen > Weetwoorden > Schrijf je f- of v-?
Schrijf de woorden in de goede zin
Groep 4
Op dit werkblad oefen je welke woorden je met een f- of een v- schrijft. Je krijgt verschillende zinnen waar een woord in mist. Aan jou om te bedenken welk weetwoord daar hoort. Let goed op, of het woord met een f- of v- geschreven wordt! Zo oefen je met spelling.
Werkbladen > Weetwoorden > Schrijf je -ou- of -au-?
Schrijf de woorden in de goede zin
Groep 4
Op dit werkblad oefen je met -au- en -ou- woorden. Je gaat telkens drie zinnen lezen. In die zinnen ontbreken nog woorden. De woorden met -au- en -ou- staan boven de zinnen. Zet de juiste woorden in de zin. Zorg dat de zinnen goed lopen.
Werkbladen > Regelwoorden > Schrijf de verkleinwoorden > Verkleinwoorden op -aatje, -ootje, -uutje en -eetje > Maak zelf de verkleinwoorden > Maak de woorden af
Maak de verkleinwoorden af. Vul in -aatje, -ootje, -uutje of -eetje
Groep 6
Op dit werkblad oefen je hoe je verkleinwoorden met -aatje, -ootje, -uutje of -eetje maakt. Je oefent met verschillende woorden en jouw taak is om van deze woord een verkleinwoord te maken. Veel succes!
Werkbladen > Regelwoorden > Schrijf de verkleinwoorden > Verkleinwoorden op -aatje, -ootje, -uutje en -eetje > Maak zelf de verkleinwoorden > Maak verkleinwoorden en schrijf ze in de goede zin
Maak verkleinwoorden en schrijf ze in de goede zin
Groep 7
Op dit werkblad oefen je hoe je verkleinwoorden maakt. Je gaat aan de slag met regelwoorden en past de regels toe om van normale woorden verkleinwoorden te maken. Denk daarbij aan de uitgangen -aatje, -ootje, -uutje en -eetje. Zo word je beter in het schrijven van dit soort woorden. Veel succes!
Werkbladen > Regelwoorden > Schrijf je -isch of -ies? > Schrijf de woorden in de goede zin op met -isch of -ies
Schrijf het woord in de zin
Groep 8
Op dit werkblad oefen je met woorden die eindigen op -isch of -ies. Jij leest zinnen waarin een woord mist. Het is aan jou om dit woord met -isch of -ies in te vullen. Veel plezier met oefenen!
Werkbladen > Weetwoorden > Schrijf je -g- of -ch-?
Onderstreep alle woorden met -g- of -ch-
Groep 7
Met dit werkblad oefen je het vinden van woorden met een -g- of een -ch-. Wanneer je een woord leest met een -g- of een -ch-, zet je er een streep onder. Lukt het jou om alle woorden te vinden?
Werkbladen > Regelwoorden > Schrijf de verkleinwoorden > Verkleinwoorden op -je, -tje, -pje > Maak zelf de verkleinwoorden > Maak de woorden af
Maak de verkleinwoorden af. Vul in -je, -tje of -pje
Groep 4
Op dit werkblad ga je aan de slag met het maken van verkleinwoorden die eindigen op -je, -tje of -pje. Maak alle woorden af door er -je, -tje of -pje achter te schrijven. Veel succes met oefenen!